Een virtuele machine (VM) is een 'computer binnen uw computer'. Het is software die zich gedraagt als een fysieke pc, compleet met een eigen virtuele CPU, geheugen, opslag en netwerk, zodat u een ander besturingssysteem (OS) kunt uitvoeren in een venster op uw bureaublad of op een server. Zie het als een veilige, op zichzelf staande sandbox waar u apps kunt installeren, instellingen kunt uitproberen of oude software kunt uitvoeren zonder uw hoofdsysteem aan te raken.
Onder de motorkap creëert en beheert een programma, een zogenaamde hypervisor, de VM. Het verdeelt uw echte hardware en wijst delen ervan toe aan elke virtuele machine. Het gast-besturingssysteem in de VM denkt dat het de hele pc voor zichzelf heeft, ook al deelt het bronnen met uw hostsysteem en andere VM's die u uitvoert. Slim, toch?
Om precies te zijn: VM's virtualiseren hardware, terwijl containers de gebruikersruimte van het besturingssysteem virtualiseren. Een VM bevat een volledig gastbesturingssysteem en is meer geïsoleerd, wat ideaal is voor een sterke scheiding en het draaien van verschillende besturingssystemen. Containers delen de kernel van het hostbesturingssysteem, waardoor ze lichter zijn en sneller opstarten, wat perfect is voor het verpakken en implementeren van apps. Beide hebben hun plaats: VM's zijn uw volledige appartementen, containers zijn efficiënte studio's op dezelfde verdieping.
Dat hangt af van wat je nodig hebt. Als je software test, onbetrouwbare bestanden uitvoert, je werk- en privéomgeving gescheiden wilt houden of een specifiek besturingssysteem nodig hebt voor een bepaalde app, dan is een VM een uitstekende keuze. Voor dagelijks surfen op het web of gamen kun je meestal volstaan met je host-OS. En ja, je kunt ook gamen in een VM, maar de prestaties en hardware-pass-through worden al snel complex, dus is dit voor de meeste mensen niet de eerste keuze.
Niet exotisch, gewoon modern. De meeste CPU's van het afgelopen decennium bieden ondersteuning voor virtualisatie (zoek naar Intel VT‑x/VT‑d of AMD‑V) en minimaal 8-16 GB RAM maakt het leven een stuk gemakkelijker. Opslagruimte helpt ook, want VM-schijfbestanden kunnen behoorlijk groot zijn. Op laptops kunt u rekening houden met meer ventilatorgeluid en een hoger batterijverbruik wanneer een VM zwaar wordt belast. Op desktops en servers kunt u comfortabel meerdere VM's draaien als u voldoende RAM en opslagruimte hebt.
VM's zijn sterk geïsoleerd, wat een van de redenen is waarom ze zo populair zijn in datacenters. Dat gezegd hebbende, niets is magisch: houd host- en gast-besturingssystemen up-to-date, gebruik gerenommeerde hypervisors en behandel VM's met dezelfde beveiligingsmaatregelen die u elders ook zou toepassen. Snapshots zijn uw vriend: maak er een voordat u grote wijzigingen doorvoert, zodat u fouten zonder problemen ongedaan kunt maken.
Op desktops vindt u tools zoals Hyper‑V, VirtualBox, VMware Workstation en Parallels. In de serverwereld zijn KVM, VMware ESXi en Hyper-V gangbaar. De juiste keuze hangt af van uw besturingssysteem, hardware en of u functies nodig hebt zoals PCIe/GPU-pass‑through, live migratie of gedeelde opslag.